Ruim elf jaar geleden, op 25 januari 2004, landde Opportunity, NASA’s Mars Exploration Rover, in Meridiani Planum. Een identieke rover, Spirit, was drie weken eerder al geland, aan de andere kant van Mars. De verwachting was dat de beide voertuigen 90 Marsdagen, een maand of drie, actief zouden blijven. Het Marsklimaat zou z’n tol eisen, zo was de vrees. Op Mars schijnt weliswaar de zon meer dan zeshonderd dagen per jaar maar de stofstormen en grote temperatuurverschillen zouden hun sporen achterlaten.
Oppie de onverwoestbare
Maar dat viel alleszins mee. Het contact met Spirit ging pas na zes jaar verloren. En Opportunity rijdt na meer dan een decennium nog steeds rond en heeft in die tijd ruim veertig kilometer afgelegd.
Still going strong
Het leek me leuk die verrassende prestatie door te trekken naar de toekomst. Als zo’n wagentje het, in plaats van drie maanden, tien jaar uithoudt, waarom dan geen tweehonderd jaar?
En zo zien we Opportunity hier ten tijde van zijn tweede eeuwfeest, in een omgeving die nogal verschilt van de rode vlakten die we zo goed kennen van de foto’s. Sinds halverwege de 21ste eeuw begonnen werd met terraformen, is Mars onherkenbaar veranderd. Er groeien bomen en struiken, nog wat laag, maar toch… Er is vloeibaar water, er ligt sneeuw op de bergen en wrakhout op het strand. In de verte zijn wat constructies te zien die misschien bij een nederzetting horen. In de lucht vliegen wat vreemde bollen waar we ons als vroeg-21ste-eeuwers over verbazen.
En ondertussen rijdt Opportunity onverstoorbaar verder. Die tweehonderd jaar zijn ‘m niet in de koude kleren gaan zitten: vuil, stof en roest zijn overal en de zonnepanelen zullen vast niet meer optimaal werken. Maar het deert onze dappere rover niet.
De stekker eruit?
Vreemd genoeg zijn het misschien niet de elementen die dit scenario dwarszitten. NASA zelf heeft plannen de (virtuele) stekker er uit te trekken. Voor het fiscale jaar 2016 is geen budget gereserveerd om het werk met Opportunity voort te zetten. Zie dit plaatje dus maar als een protest daartegen. Al heb ik er, als niet-Amerikaan, natuurlijk ook weer niet zoveel over te zeggen.
